De eerste vrouw die eind 2015 aangifte deed, had Chafik A. leren kennen via de datingapp Tinder. Na een afspraakje hadden ze wat geknuffeld in bed en had hij haar betast. Ze had hem weggeduwd, waarna hij was vertrokken. In februari 2016 volgde een tweede aangifte: een vrouw met wie hij datete, verklaarde dat ze brutaal door hem verkracht werd.

Het openbaar ministerie deed daarop navraag bij zijn werkgever Hakuna Casting of ze daar weet hadden van gelijkaardige klachten, aangezien Chafik A. met veel jonge vrouwen in contact kwam. Er volgden daarna nog drie aangiftes.

‘Altijd met toestemming’

Een studente die stage bij het castingbureau had gedaan, verklaarde dat hij haar dronken had gevoerd en zijn hand in haar onderbroek had gestoken. Een 16-jarige freelancer vertelde de politie dat ze zich slap voelde, nadat hij haar iets te drinken had aangeboden, waarna hij haar betast had. Een medewerkster van Hakuna verklaarde dat hij haar verkracht had na een avondje stappen.

Chafik A. ontkende: als er al seksuele contacten waren geweest, dan gebeurden die altijd met toestemming van de vrouwen. ‘Dit dossier is gekleurd. De slachtoffers kenden elkaar en werden door de vroegere werkgever van mijn cliënt aangemoedigd om aangifte te doen. Er zijn geen objectieve bewijzen, het is allemaal woord tegen woord’, pleitte advocaat Tim Smet.

Het vonnis valt op 19 oktober.